vrijdag 18 februari 2011

In de wachtzaal

Gisteren ging ik met Kleine Frutsel even langs bij de kinderarts. Dat 'even' moet je niet al te letterlijk nemen, het werd een uur wachtzaal (ondanks het werken op afspraak) . Onze lieve kinderarts had tot voor kort namelijk een thuispraktijk, waar je bijna dag en nacht terecht kon. Met alle gevolgen van dien, ze werkte van 's morgens tot 's avonds, geen leven, denk ik zo. Ik vermoed dat dat de reden is van haar overstap naar het ziekenhuis (heb het niet gevraagd, dat mens heeft ook recht op privacy), een heel ander uurschema (slechts één avond consultaties), maar gelukkig heel dichtbij, dus we volgen haar daarheen. Voor kwaliteit doet een mens niet moeilijk. Maar goed, daar gaat het hier niet over. Kleine Frutsel was ook niet echt ziek, even een controle van wat langdurige huiduitslag en wat vragen stellen. En toch nam Dr. Joke zoals altijd haar tijd, hoe ze zo zen kan blijven terwijl ze meer dan een uur achter zit op schema, het is me een raadsel. Maar goed, again, daar zou ik het eigenlijk niet over hebben.
Het is wat zich in de wachtzaal afspeelde, waar ik mijn bedenkingen over had. Het is sowieso geen pretje: veel te kleine ruimte, geen speelgoed, enkel een soort klimrek. En natuurlijk zieke kinders, wat dacht u, een waar plezier. Eigenlijk blijf je daar beter weg als je kan, bedacht ik, toen ik daar al zat. Zeker als je eigenlijk niet ziek bent, want dan kom je er eigenlijk virussen oprapen in plaats van kwijt raken. Enfin, we zaten er toch en doordat Kleine Frutsel niet ziek was, was ze ook niet lastig. Op een bepaald moment komt een jonge mama de wachtkamer binnen, met twee kleuters. Ze liet zich net naast mij op een stoel vallen, met de twee koters op haar schoot. Alles was tot dat moment vrij rustig gebleven, op die ene zweterige kleuter na, die zich helemaal uitleefde op het klimrek, tot grote ergenis van haar moeder. Maar goed, het was avond hé, dan zijn ze al wat uitgelaten soms, zo besloten de aanwezige moeders eensgezind. En we knikten haar bemoedigend toe. Zo gaat dat onder de kleutermoeders, we weten toch allemaal hoe dat gaat, ah ja.
Maar met de komst van de nieuwe moeder, was het over met de rust. Niet door de opmerkelijke aanwezigheid van haar koters, oh neen, ik heb die twee amper horen piepen. 't Was Moeder zelf, die de wachtzaal plots "vulde". Ze zag er nochtans jong en modern uit, beetje bohémien-type, maar wat betekent dat ook allemaal natuurlijk. Ze was amper deftig gezeten, of ze verkondigde al luidkeels dat ze drie kinders had, dus echt wel nog één meer dan ze er op dat moment mee had hé mensen, écht drie. DRIE ! Niemand die daar om had gevraagd, maar Zij vond duidelijk dat we het moesten weten. We kregen meteen ook inkijk in de diepe geheimen van hun gezinsplanning, drie kinderen in drie jaar tijd, want dat was zo leuk en zo tof en ze sliep zelf echt nooit meer (de massa koortsblazen en zware wallen waren daarvan de stille getuigen), zeker niet als ze ziek zijn zoals nu het geval was en er was echt heus altijd wel eentje ziek en dat stopte echt nooit, maar toch was het zo'n gezellige drukte en je kiest daarvoor hé en het was allemaal zo leuk. Zucht. U kent het vast wel. Ze begon ook meteen een algemene rondvraag onder de aanwezigen : hoeveel heeft u er madam ? Eén Frutsel ? Dat viel duidelijk niet in de smaak. Niet dat ik me daar op mijn beurt iets van aantrok hoor. Ik had eigenlijk te veel compassie met de twee exemplaren op haar schoot. Ze waren drie en vier en duidelijk heel koortsig. Dat riep ze ook in de telefoon, toen haar wederhelft haar opbelde : "Jaaa, zit hier in de wachtzaal hé, ons Hanne ligt plat en ook onze Stijn is mega aan 't gàààn jong, ik heb ze nog nooit zo stil geweten zeg !". Dat ze echt wel ziek waren, dat zag je zo. Vuurrode wangen, dikke snotkorsten op neus en wangen en ... gekleed alsof ze zo meteen te voet naar de Zuidpool zouden vertrekken. Op haar schoot (wat ook al warm is), de ene met een dikke jas en sjaal, de andere warm gekleed met daarover een verkleedkostuum in van dat irritant zweet-nylon. Voorwaar, dé ideale uitrusting voor het koortsige kind. Ze gilde ook in de telefoon dat ze er nog zeker een uur zou zitten (ze had net de tweede rondvraag georganiseerd : hoe laat was uw afspraak, madam ?), maar maakte ook na het afsluiten van het gesprek geen aanstalten om de kinderen wat frissere omstandigheden te bezorgen. De kinderen zagen er met de minuut zieliger uit en hingen helemaal onderuitgezakt in een halve koorstcoma op haar schoot. Dan moet een mens zich inhouden hé, om geen goedbedoelde tip te geven. Ik zag er toch maar van af, "tips" onder moeders, niet altijd een strak plan. Elk zijn kroost, da's het beste (tevens dagelijks te ondervinden aan de schoolpoort).

Een paar (voor de kroost vast bloedhete) momenten later greep ze plots weer haar telefoon vast. De ganse wachtzaal kon wederom meegenieten van de conversatie. Dit keer belde ze haar moeder op. Het gesprek ging ongeveer als volgt ...
Moeder : "Ja ma, 't is hier ik é. Ik zit hier in het ziekenhuis met Stijn en Hanne"
(qua dramatiek kan dat tellen, de oma in kwestie schrok hoorbaar)
Moeder : "Omdat ze ziek zijn tiens. Ik zit in de wachtzaal bij de dokter. Zeg, heb jij nu tijd ?"
(oma voelde de bui al hangen, ik voelde de mogelijke excuses in de lucht hangen, maar het beeld van haar zieke kleinkinderen deed haar zeker de das om, dus een aarzelende bevestiging volgde)
Moeder : "Awel ja, ik zou willen dat je ook naar hier komt. Nu."
(oma wou duidelijk nog ontsnappen door voorzichtig te opperen waarvoor haar aanwezigheid dan wel nodig was)
Moeder : "Om me te helpen natuurlijk. Ik zit hier alleen met die twee. Ik kan ze niet allebei tegelijk op mijn schoot pakken hé ma. En seffens bij de dokter moeten dan die kleren aan en uit, dus dan kan je helpen."
(oma geeft toe, zal alles laten vallen en komt er als de wiedeweerga aangesjeesd !)
Moeder : "Oké, tot sebiet, tweede verdiep hé !".
Waarna ze inhaakt en nog eens (alsof het nog niet duidelijk was) tegen de kinderen verzucht dat oma zo zal komen want "ze woont toch niet ver hé".

Kijk, beste mensen, dààr krijg ik nu eens persoonlijk de kriebels van ! Ten eerste al de conversatie op zich, de vanzelfsprekendheid, de commanderende manier, u moet er bij geweest zijn, maar ik vermoed dat een beetje zelfstandig, normaal mens de toon van het geheel wel kan vangen. Moeder was duidelijk gewend om onmiddellijk op haar wenken bediend te worden.
Dat wil dan persé drie kinders (DRIE heb ik er, madam !), maar de gevolgen : o wee ! Pas op, ik heb niets tegen kroostrijke gezinnen, integendeel. Ik kom zelf voort uit een nest van vier (en snap nog steeds niet hoe mijn ouders het klaarspeelden, petje af), vind dat geweldig leuk en een tweede Frutsel staat hier ook nog wel ergens eens op het to-do-lijstje, daar niet van. Mijn vriendinnen hebben ook meestal twee, drie kindjes en dat is echt supergezellig. En ook bij ons helpen de grootouders zorgen voor onze Kleine Frutsel, vanzelfsprekend. Daar gaat het allemaal niet om, laat dat duidelijk zijn. Maar het was voor deze dame duidelijk een statussymbool, haar drietal, het idee alleen al. Ervoor zorgen was echter duidelijk andere koek. Die twee waren zo mak als lammetjes en toch kromp ze duidelijk in elkaar bij het idee dat ze straks van allebei de kleertjes zou moeten uitdoen en vervolgens weer aantrekken. Het idéé, mensen ! Ik kon alleen maar aan die oma denken, die zich nu in het donker nog richting ziekenhuis moest haasten. En die over tien jaar wellicht terug het nachtleven zal mogen induiken om de uitgaande pubers uit de goot te vissen. Nog een lange weg te gaan, die oma. Ocharme.

woensdag 16 februari 2011

Job@


Wat ze later worden wil ?
Drie keer raden ...

donderdag 3 februari 2011

Dinosaurussen


Man man man, het gaat vooruit, zo in 2011 ...
Maandenlang kwamen hier enkel "mannetjes" uit de stiften van Kleine Frutsel, never change a winning dinges, zoals ik toen ook al zei. Wisselend van kleur, van kapsel en uitvoering, maar àltijd menselijke figuren, niks anders. Of toch weinig, ik zou die halve sneeuwman in december nog vergeten. Tot nu dus. Vorige week kwam ze plots met een tekening van een kat aanzetten, goddelijk gewoon, het enthousiasme van mezelve navenant. Waardoor er nog zo'n honderd katten volgden natuurlijk, geheel in de lijn der verwachtingen :-) Maar het heeft blijkbaar een creatieve deur opengezet ! Ze was daarnet een paar minuten uiterst stil bezig (op zich al een zeldzaamheid) en kwam daarna met bovenstaande tekening op de proppen. Waar mijn mond van openviel. Uiteraard. Oh-wat-is-mijn-kind-toch-een-genie, iedere ouder herkent het geheel onrealistische maar zalige gevoel ! :-)))
Ze heeft dus op school een themaweek over dinosaurussen. En dat slaat bij die van ons in als een bom ! Al de hele week word ik bestookt met allelei weetjes en trivia en een waar arsenaal aan nieuwe woordenschat. Alle stenen zijn nu meteoorstenen en wist u dat er dino's zonder tanden hebben bestaan, die stenen opaten, die vervolgens in hun maag het eten moesten malen ? En dat de dino's niet meer konden leven omdat het zo donker op aarde werd, dat er niets eetbaars meer kon groeien ? Ik kan zo nog wel even doorgaan, maar ik laat het verder aan Kleine Frutsel over. Als u haar tegenkomt, krijgt u het toch ongevraagd lekker allemaal te horen. Fascinerend is het, hoe ze alle nieuwe info opslaat en nu zeurt om dino's te googelen (die dingen bestonden in geweldig veel soorten, nog veel meer dan ik ooit dacht).

En daarnet kwam ze dus plots met bovenstaande tekening aanzetten, ik heb er voor ons gemak even cijfertjes bij gezet, want er hoorde een hele uitleg bij. Wat zeg ik ... doceren was het, wat ze deed ... ook al zo'n verhaal van de appel en de boom zeker ? :-))

Ik citeer even ...
1. Dat is een Diplodocus mama, die had een hele lange nek !
2. En dit is zo'n dinosaurus met van die platen op zijn rug, maar ik ben even vergeten hoe die heet. Weet je waarvoor die platen dienen mama ? Als die dinosaurus boos is, komt er heel veel bloed in zijn platen en dan worden die helemaal rood en dan zijn de andere dieren héél bang en dan lopen ze vlug weg !
3. Er bestonden ook vliegende dinosaurussen, kijk maar, ik heb er ook eentje bij getekend.
4. En dat groot ding hier, is een meteoorsteen. Dat was nogal iets hoor mama, die dingen kwamen vanuit de hemel heel hard naar beneden gevallen en dat was écht niet leuk voor de dinosaurussen. Alles ging ervan kapot ! Ik heb ook nog twee beertjes erop gezet, die zitten onder de meteoorsteen.
5. Er waren ook vulkanen en die doen uitbarstingen, wist je dat ? Dan komt er in die berg een grote scheur en dan komen daar vuurstenen en veel rook en ander vuur uit en alles smelt dan, als dat gebeurt. Dat zit daar allemaal héél diep in.

Man man, het gaat dus vooruit. Heerlijk is het, dat wel, vooral het enthousiasme dat ermee gepaard gaat.
Ze wordt weer een beetje groter ...